Flores en Faial in veertig foto's

Na exact een half jaar (en een dag) komen we terug in Europa. Op 6 december vertrokken we vanaf het groene eilandje La Gomera naar de Carieb en op 7 juni komen we na onze tweede Atlantische oversteek aan op het minstens even groene eilandje Flores. Flores is een onderdeel van de Azoren. We verblijven in totaal twee weken in de Azoren: een week op Flores en een week op Faial. 
Aan de hand van de door Jouke gemaakte foto's laat ik zien hoe verschrikkelijk mooi deze twee plekken zijn.  


Op het grindstrand in Flores zien we heel veel aangespoelde Portugese oorlogsschepen. We twijfelen of we de megagiftige kwallen nu wel kunnen aanraken. Voor de zekerheid doen we het maar niet. Achteraf horen we dat de dode tentakels die op het strand liggen nog steeds gevaarlijk zijn.  

Fotogeniek Flores
We leggen aan in Lajes, de eerste nederzetting op Flores. Vanuit de laaggelegen haven lopen we omhoog om de omgeving te verkennen.  

Omdat de bussen niet rijden in het weekend en doordeweeks maar twee keer per dag huren we voor drie dagen een auto. Zelden komen we in het idyllische landschap tegenliggers tegen. De wegen worden vooral gebruikt door boeren en boerinnen die met behulp van een volgauto hun vee begeleiden.  

Het Zeven Merengebied. Met de auto rijden we omhoog om al lopend dit geweldige, moerassige gebied te verkennen. De vulkaankraters, caldeira's, blijken de ideale habitat te zijn van de Iberische meerkikkers die we flink tekeer horen gaan. We maken hier fikse wandelingen waarbij de andere zes toeristen op het eiland de enigen zijn die we tegenkomen.

In een spiksplinternieuwe auto rijden we over alle wegen van het meest westelijke eiland van de Azoren. In drie dagen hebben we het hele eiland goed bekeken. Wanneer we een week later op het grotere eiland Faial aankomen, is de havenmeester verrast dat we een week op Flores hebben doorgebracht. Volgens hem heb je maar een half uur nodig om alles hier te hebben gezien. 


We zien de zuidkant van het eiland. 'Daar vaarden wij pas geleden nog!'. Af en toe zien we een zeilboot aankomen. Dat vind ik zo bijzonder, want die boot moet namelijk ook net aankomen van de oversteek. Die zullen we dus later in de haven zien. Omdat niet zo veel zeilers voor Flores kiezen als landfall na de oversteek en omdat de plek moeilijk te bereiken is vanaf de andere eilanden van de archipel, leren we snel iedereen in de kleinschalige haven kennen. We hebben een leuke tijd met de bemanning van de stoere Zweedse boot Bengt, met de twee Franse jongens van de Borderline en we ontmoeten een Zwitserse familie die al sinds 1999 zeilt en binnenkort een vierde kind verwacht. 


Oorspronkelijk stond hier een laurierbos, een vochtig oerbos. Toen de eilanden zo'n 600 jaar geleden ontdekt werden, kapten de kolonisten deze bossen onder andere voor het vrijmaken van landbouwgrond. Hier zie je zulke landbouwgronden.

Een perfecte plek voor mensen die graag auto rijden: overal gratis parkeren, goed asfalt en weinig verkeer.
Dit stukje grond in het dorp Faja Grande wordt nog verbouwd. De meeste landbouwgronden liggen braak, vanwege het dalende aantal bewoners. Veel van de eilandbewoners emigreren naar vooral Portugal of de Verenigde Staten. Daarnaast krijgen de mensen op de Azoren ook minder kinderen.

De woeste zuid-westkust, het meest westelijke punt van Europa. De zwarte lavastenen en de witte schuimkoppen van de vele brekers zien er indrukwekkend uit.


Van lavastenen maakte men ommuurde veldjes. Misschien voor wijngaarden?
We gaan in Faja Grande, dat hierachter ligt, uit eten en zijn verrast. Het eten is opvallend lekker. In de andere restaurants op het Portugese eiland eten we vooral goed doorgekookte groenten, aardappels en vis. 



Twee van de zeven meren: het Lagoa Comprida en het Lagoa Negra. Deze twee meren liggen vlak tegen elkaar aan en blijken ondergronds met elkaar verbonden te zijn.   



Heel gaaf vinden we de vele barbecueplekken op dit eiland. Tafels, oven, een kraantje en soms zelfs hout staan klaar om zo te gebruiken. Op zonnige dagen in het weekend schijnen vele families hier te komen.
Vanaf de haven lopen we naar een parkje met alweer een te gekke bbq-plek. Vanaf hier lopen we twee kilometer langs de kliffen naar beneden naar de zee. Een pad dat soms behoorlijk steil is. Onderweg komen we dit altaar tegen.




Op onze wandeling naar beneden zien we het zwarte strand al liggen. In de verte zien we ook een klein gebouw dat ons eerste teken van leven was dat we zagen toen we hier aan kwamen varen. 


De zuilen rechts zijn ontstaan doordat het buitenste deel van een lavastroom eerder afkoelde dan het binnenste deel. De scheuren die we zien, zijn dus de inscheuringen door dit temperatuurverschil.  









We bezoeken de oude walvisverwerkingsfabriek van Santa Cruz. Tot 1985 werd er op de Azoren op walvissen gejaagd. Men ving hier zo'n tien tot vijftien walvissen per jaar. In het museum zien we onder andere een heel interessante film uit de jaren zeventig van een jacht op een walvis. Megaspannend. Met smalle houten roeiboten ging men op het beest af. Iedereen aan boord had een eigen taak: zo duwde eentje bijvoorbeeld een grote paal in de blowhole en een ander begeleidde de lange lijn die om het enorme zoogdier gelassood werd. We snappen wel dat de Azorianen trots zijn op deze geschiedenis, zo gevaarlijk om te doen. 


De tocht van Flores naar Faial

De tocht van Flores naar Faial duurt honderd mijl en blijkt erg vruchtbaar te zijn. We vangen vier tonijnen! De eerste is een albacore. Niet heel veel later gaan alle drie de hengels tegelijkertijd af. Een school big eye tonijnen blijkt achter de boot te zwemmen. Hadden we maar meer hengels... We maken de vissen schoon en leggen het vlees in de koelkast. In de haven van Horta op Faial liggen namelijk veel bekenden aan wie we kunnen uitdelen.
Wanneer we naar Faial varen, zien we het buureiland Pico liggen. Genoemd naar de prachtige pico dus. 

Fantastisch Faial
Jaaa, eindelijk proosten we met Michel van de Tsuru en Philipp van de Golden Breeze op de aankomst. We vieren deze in DE zeilersspot: Peter Sport. Al decennialang is de haven van Horta een plek waar zeilers na hun oversteek aankomen. En is deze kroeg de plek waar zeilers elkaar ontmoeten. 


Naast het bezoeken van Peter Sport hebben we nog iets te doen in Horta. Iedereen die hier zeilend aankomt, laat een schildering achter op de kademuur. Jasper en Julian van de Tsuru ontdekken dat deze kade ook een goeie plek is om te racen met hun loopfietsen.

Zo anders dan Flores is Faial. Op Faial zien we stranden, grote dorpen en veel toeristen. 


Ook op Faial werd vroeger op walvissen gejaagd. Deze oude walvisverwerkingsfabriek herinnert aan die periode.

Vlakbij de fabriek werden de walvissen op deze plek omhoog getrokken.

Ook Faial blijkt goeie bbq-plekken te hebben. Met Anne en Philipp van de Golden Breeze eten we heerlijke zalm en spiesjes. 

De boot van wijlen Steve Jobs in de haven van Horta. Op de achtergrond is het eiland Pico te zien.  



De krater van Faial. We laten ons met een taxi omhoog brengen en mountainbiken zelf naar beneden.  

Er blijken zo veel toeristen op Faial te zijn dat alle auto's verhuurd zijn. Daarom huren we mountainbikes. Ook erg leuk. Hoewel het ons helaas niet lukt om zo het hele eiland te zien.










En vlak voordat we op 26 juni naar Engeland vertrekken is onze schildering af!

zoalsdewindwaait

Op reis met een zeilboot.

1 opmerking:

  1. Jongens wat weer een prachtig verhaal, leuk ook om het verschil te zien tussen de twee eilanden. Trouwens tekenen gaat jullie goed af!!!

    BeantwoordenVerwijderen